GBS communicatie­kaarten

Van Patricia Blomkwist-Markens kregen we deze GBS kaarten. Ze heeft ze gemaakt voor Guillain Barré patiënten, maar de set is zeker ook bruikbaar voor andere niet sprekende patiënten op een IC. Het prettige is dat het een kant en klare complete set is met nuttige zinnen voor op de IC. De set kan direct ingezet worden.

Voor wie zijn de GBS kaarten geschikt?

Ze zijn met name geschikt voor niet sprekende patiënten met goed begrip en zeer beperkte motoriek.

(N.B. Indien mogelijk vinden wij voor deze patiënten oogbedieningsapparatuur de beste oplossing, maar die is niet altijd meteen beschikbaar, of het gebruik ervan lukt nog niet. De GBS kaarten zijn dan een goede, snel inzetbare overbrugging/aanvulling.)

  • Voor patiënten met een goed begrip en voldoende motoriek kunnen ze eventueel als aanwijs kaarten gebruikt worden, als het gebruik van een app/typen niet mogelijk is, of als aanvulling hierop.
  • Patiënten met een beperkt begrip zullen de kaarten niet zelf kunnen lezen/overzien. Maar het is wellicht wel mogelijk om een pagina (bv Comfort of Persoonlijke verzorging) langzaam voor te lezen en als checklist te gebruiken, om bij de patiënt uit te vragen wat deze wil.

Tips voor het gebruik van de GBS kaarten

  • De kaarten uitprinten en plastificeren (of plakken op karton), zodat ze steviger en beter te hanteren zijn.
  • Zorg dat de patiënt ze goed kan zien, dus voor brildragers: zet hun bril op!
  • Laat de patiënt met ja/nee aangeven welke kaart gewenst is. Na een tijdje weten de patiënt, familie, zorgverleners vaak wel op welke kaart wat staat.
  • Ga op de betreffende kaart langzaam langs de verschillende onderwerpen en let op de reactie van de patiënt. Desgewenst kunnen de onderwerpen natuurlijk ook worden voorgelezen.
  • Ga niet te snel en wees geduldig. Bij GBS en IC-patiënten speelt ook heel vaak ernstige vermoeidheid, dus hoe moeizamer het gaat, des te vermoeiender het voor de patiënt is. Daarom is een alfabetkaart ook vaak te lastig.

N.B. Spreek een duidelijke ja/nee af, afhankelijk van de mogelijkheden van de patiënt: met hoofdbeweging (knikken/nee schudden), door knipperen (bijvoorbeeld 1x voor ja, 2x voor nee), of oogbeweging (bijvoorbeeld omhoog=ja, opzij =nee).

Alfabetkaart

Bij deze kaartenset zit een alfabetkaart, voor als de patiënt iets wil zeggen dat niet op de kaarten staat. Deze kaart is gesplitst in 2 blokken. Je vraagt de patiënt de letter te zoeken. Vervolgens wijs je en vraag je: “Zit de letter in dit blok, of in dit blok?” Daarna werkt het zoals een gewone letterkaart: Je vraagt van boven naar beneden of het in die rij staat en gaat daarna van links naar rechts letter voor letter de rij af.

Schrijf de letters die de patiënt aanwijst voor hem op. Zorg dat de patiënt kan zien wat je schrijft, zodat hij het meteen kan corrigeren als een letter niet klopt. Dit helpt de patiënt ook om te zien welke letters er al staan en wat hij nog moet spellen. Het zorgt er ook voor dat jij een woord nog kunt herkennen als een patiënt erg traag spelt of spelfouten maakt.